De vrijheid van de grens – Paul Scheffer2 min read
Al in het jaar 2000 had Paul Scheffer de moed om zijn zorg te uiten over de vaak gebrekkige integratie van nieuwkomers. Zijn ingezonden artikel ‘Het multiculturele drama’, geplaatst in NRC Handelsblad, veroorzaakte een grote schok bij de lezers, en vooral de achterban van zijn eigen PvdA. Scheffer werd nog net niet uitgescholden voor ‘minderwaardig mens’ zoals Pim Fortuyn kort daarvoor door PvdA-coryfee Marcel van Dam, maar het scheelde niet veel.
Inmiddels zijn we vele jaren verder. Ook de PvdA staat nu meer open voor kritiek. Maar juist de laatste tijd, nadat Angela Merkel met haar ‘Wir schaffen das’ de grenzen openzette voor miljoenen migranten, lijkt er weer meer polarisatie te ontstaan. De feiten zijn helder: Per saldo krijgt Nederland er door immigratie nu al twee jaar circa 80.000 extra inwoners per jaar bij (bron). ‘De bevolking is nooit zo snel gegroeid als onder premier Rutte: anderhalf miljoen erbij in tien jaar. En allemaal door migratie’ (bron: de Volkskrant). Maar wie daar hardop over praat en vraagt om bezinning, zoals hoogleraar demografie Jan Latten, wordt al snel voor rotte vis uitgemaakt.
Het is daarom wederom dapper van Paul Scheffer om in 2016 het essay De vrijheid van de grens te publiceren. Met alle nuance, eruditie, gezond verstand en kritische kanttekeningen is het lezen van dit boek een verademing. Daarbij hoef je het niet altijd met Scheffer eens te zijn. Hij ziet bijvoorbeeld de Europese Unie als ‘beschavingsideaal’. De kern van het Europese ideaal ligt in zelfbedwang, schrijft hij, we willen onze soevereiniteit beperken. Ik zie het net even anders, maar dat hindert niet. Scheffer staat open voor dialoog, als lezer heb je constant het idee dat je met hem het gesprek kunt aangaan.
Het belangrijkste deel van het boek ligt volgens mij in Scheffers analyse van de meningsvorming over de vluchtelingencrisis. Hij constateert dat de argumenten daarbij door elkaar lopen:
Nu eens gaat het over moraal, dan weer over eigenbelang, ook nog over onmacht, en ten slotte wordt het recht aangesproken. Wat opvalt is dat bij de voorstanders van open grenzen alle vier de argumenten in dezelfde richting wijzen: de opvang van vluchtelingen is een morele verplichting, de komst van veel jonge migranten is in ons eigenbelang, we kunnen de grenzen toch niet meer controleren en het internationale recht dwingt ons tot een onbeperkte opname.
Vervolgens fileert Scheffer deze overwegingen. Als een van de weinigen hanteert hij daarbij het verhelderende onderscheid van Max Weber tussen overtuigingsethiek en verantwoordelijkheidsethiek. Scheffer redeneert niet vanuit de onderbuik, maar argumenteert met onderbouwde stellingen. Het is daarom een boekje dat iedereen zou moeten lezen die wil meepraten over de vluchtelingencrisis.
Willen we hier uit komen, dan moeten we niet de weg opgaan van polarisatie, maar luisteren naar mensen als Paul Scheffer en de dialoog aangaan op basis van redelijke argumenten.
Recente reacties